BOA Leeft!

Sinds 1 januari 2021 is onze regelgeving veranderd en vallen wij onder het BOA-decreet, ‘het decreet houdende de organisatie van Buitenschoolse Opvang en de afstemming tussen buitenschoolse Activiteiten. BOA is een Vlaamse wet die zegt hoe de buitenschoolse opvang er vanaf 2026 moet uitzien.

Momenteel zitten we dus in een overgangsperiode en bereiden we ons voor om in de toekomst BOA-proof te zijn. We bepaalden waar we als organisatie sterk in willen zijn en legden de link met de vereisten vanuit de regelgeving en het nieuwe kwaliteitslabel. Rond deze thema’s werken we in subteams verschillende projecten uit.

Nog meer dan ooit zullen we extra aandacht geven aan samenwerking, inclusie, lokaal maatwerk, het uitbouwen van een warm kleuternest, vrij spel & buitenspel, ouder- en kinderparticipatie en het gedeeld gebruik van (school)infrastructuur.

Op 8 november deden we een update over de lopende projecten en keken we naar de vervolgstappen. Verder namen we ook 1 thema onder de loep voor verdere verdieping. We focusten tijdens deze sessie op Aanbod, infrastructuur en inrichting, thema’s die nauw met elkaar verbonden zijn.

Op heel wat locaties organiseren we al een tijdje opvang binnen de schoolmuren. Gedeeld ruimtegebruik is dus een uitdaging die we geregeld tegenkomen. In het programma van eisen formuleerden we de bouwstenen die nodig zijn om een kwaliteitsvolle en efficiënte voor- en naschoolse opvang te organiseren voor kleuters en lagere schoolkinderen als onderdeel van een multifunctioneel (school)gebouw.
We maken hierin concreet wat de waarden en pedagogische visie van KIKOEN betekenen voor infrastructuur, zowel binnen als buiten. Dit document helpt ons om duidelijk te maken wat we nodig hebben en het gesprek hierover aan te gaan met aan onze partners (scholen, lokale besturen).

“Om zicht te krijgen op de ruimtebehoefte van Buitenschoolse Kinderopvang moet er duidelijkheid zijn over het aantal kinderen en de groepssamenstelling.  Daarnaast is het van belang dat er een pedagogische visie geformuleerd is. Pas dan kunt u een overzicht van activiteiten, gewenste ruimten en oppervlakten opstellen.”

(Bouwboek voor Kindercentra – Ine van Liempd/Ed Hoekstra)

Er bestaat dus geen blauwdruk. De uitdaging bestaat erin om de bouwstenen die we beschrijven te vertalen naar de specifieke context/school/wijk.

  • De functies van elke ruimte moeten in één oogopslag duidelijk zijn (bijvoorbeeld rustruimte, leesruimte, fantasieruimte, bouwruimte,..). Elk kind kan tot RUST (huiselijke binnenruimte) of ACTIE (buitenruimte of actieve binnenruimte zoals turnzaal) komen.
  • Elk kind/ouder voelt zich welkom. De ontvangst van kinderen en ouders gebeurt ‘in de actie’ van een opvangmoment. We hanteren geen balie-principe, maar ontvangen ouders en kinderen op een centrale plaats in de ruimte. Deze ruimte dient open en uitnodigend te zijn.
  • Voor medewerkers is er opbergruimte voor privé spullen, overlegruimte en sanitair.